vrijdag 19 augustus 2011

Eurocrisis

We gingen dus naar Bulgarije. Een ver en zonnig en nog onbekend gebied. Mooi om een zomervakantie te vieren. We wisten natuurlijk niet veel van volk of cultuur en ook niet of ’s lands standaard tegemoet zou kunnen komen aan de behoefte van ons, luxepaardjes. Voor alle zekerheid huurden wij derhalve een fraai en ruim appartement van Britse eigenaren, niet ver van de Zwarte Zee-kust.

Al tijdens de voorbereidingen leken alle geruchten te kloppen: Bulgarije is een erg goedkoop land. We huurden online een auto voor twee weken voor een bedrag waarvoor je in Spanje een lang weekend een Fiat Panda meekrijgt. Bij aankomst werd dit (toch wat stiekem juicherige) voorgevoel bevestigd: alles was gespotprijsd! Voor een biertje op een terras betaalden we omgerekend 75 eurocent. We kregen hiervoor de hoeveelheid die wij in het thuisland een vaasje noemen. Gingen we uit eten dan bedroeg het eindbedrag per persoon voor drie gangen van de (veelal gevarieerde) kaart vaak minder dan tien euro per persoon. Drank inbegrepen! Wat ’n paradijs…

Ook ons gezelschap, de kleine Trubbels en haar vette verkering, had grote moeite om het bijeengespaarde vakantiegeld nog voor het eind van onze twee vakantieweken geheel uit te geven. Dagelijks werd er wel een handtas (Chanel), zonnebril (RayBan), rugzakje (2Pac), campingsmoking (Adidas), paar slippers of schoenen (orgineel Bulgaars), halskettinkje-met-foto-én-inscriptie (ambachtelijk vervaardigd aan de koopboulevard) en/of T-shirt-met-lollige-tekst aangekocht.
We vreesden voor het gewicht van de koffers. Bijbetalen voor de overtollige kilo’s zou de shopvreugde wel eens behoorlijk kunnen temperen. Maar bij vertrek bleek dat de Bulgaarse grondsteward van de mini-luchthaven drie extra kilo’s per koffer glimlachend door de vingers zag. Wat ’n vriendelijk volkje (dat op deze manier natuurlijk nooit rijk gaat worden)!

Terwijl we ons in het financiële walhalla waanden, probeerden we ons toch ook op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in de eurozone. Was ons geld thuis ook nog zoveel waard? Helaas: door een naderende eurocrisis konden beleggers niet meer helder denken, laat staan rationeel handelen. De AEX bleek even onvoorspelbaar als het Nederlandse weer van deze zomer. We dachten aan onze beleggingshypotheek, onze effecten, onze beursafhankelijke tegoeden. We haalden diep adem en probeerden te genieten van het hier en nu. Van die heerlijke exotische valuta: de Bulgaarse lev.

Op een warme zondagmiddag aan het strand, likkend aan onze Magnum van 60 cent, viel bij ons het kwartje. De waarde van die Bulgaarse lev is ongeveer de helft van de euro. Maar we konden de prijskaartjes net zo goed lezen alsof er euro’s opstonden. En dan nóg was het goedkoop! Zo werkte dat inderdaad ook met de goeie, ouwe Nederlandse gulden, na de invoering van de euro. Welbeschouwd zijn de Bulgaarse lev en onze Hollandse florijn dus goed met elkaar vergelijkbaar. En na een vakantie als deze kunnen we eigenlijk niet anders dan ons aansluiten bij de eurosceptici: ook wij willen onze gulden weer terug!