vrijdag 13 april 2018

Breuk


Het leek alsof mijn vader niet meer wist hoe hij moest lopen. In tijd van een paar weken lukte het hem niet zelfs meer om op te staan. Dementie kan diepe wonden slaan in het geheugen. Er moest een lift komen waarmee hij uit bed kon worden gehesen. En een andere waarmee toiletbezoek mogelijk was. Het leek niet meer goed te komen. Er werd een aangepaste rolstoel aangemeten en besteld.

Maar ach, de mysteries van Alzheimer: na een week of zes stond papa opeens en zonder aarzeling op uit zijn stoel, waarin hij de dagen daarvoor steeds meer wegzakte. Luttele dagen later wist hij zelfs zelfstandig achter zijn rollator te wandelen. Toen we hem een paasbezoekje brachten, leek hij onvindbaar op de afdeling waar hij woont. Na enig zoeken in toenemende paniek bleek hij een rustig plekje te hebben gevonden op een bank ergens in een hoekje van het gebouw. Hij was er helemaal alleen naar toe gegaan, zonder enig hulpmiddel.
Een wonderbaarlijke ontwikkeling.

Op een avond, vijf dagen later, gleed vader uit achter zijn rollator, juist toen hij er weer mee op pad wilde gaan. Niemand zag hem vallen. Drie zorgmedewerkers stonden erbij, maar keken net allemaal de andere kant op. De schade was onduidelijk. Het leek pijn te doen. Met een paracetamol werd pap op bed gelegd. De volgende dag vond een arts dat er een foto moest worden genomen. De Ware en ik werden gewaarschuwd en wachten met vader (gedurende drieënhalf uur!) op een ambulance. Hij lag er rustig bij. Bewegingloos. En dat bleek maar goed ook.

De transfers van bed naar brancard naar ambulance naar traumakamer en naar ziekenhuisbed waren van een ondraaglijke pijn. Mijn vader vloekte alles bij elkaar. Meer en harder dan ik hem in zijn hele tachtigjarige bestaan had horen doen. Hij schold op het ambulancepersoneel dat hem steeds moest verplaatsen en vroeg zich hardop af ‘hoe zij toch óóit dat beroep hadden kunnen kiezen’! Toen hij in de traumakamer lag, waar de foto werd gemaakt, schreeuwde hij: ‘HIER kom ik NOOIT meer.’
Nee, pap. Dat denk ik ook niet. Verschillende keren werd mij gevraagd hoe wij (vader en ik) dachten over reanimeren en beademen. Ik zei dat voor mijn vader de grens van wat menselijk en draaglijk was die dag alleen al verschillende keren was overschreden.

Een heup was gebroken. Een operatie volgde. Samen met een delier: een periode van nog grote verwarring. En vader moet revalideren. Want hij weet niet meer hoe hij moet lopen. Het lukt hem ook niet meer om op te staan. Er is een lift nodig om hem in en uit bed te helpen en naar het toilet. Het lijkt niet meer goed te komen.
Gelukkig is er al een aangepaste rolstoel aangemeten en besteld.