vrijdag 15 juli 2016

Vertrouwen

Naarmate de tijd dat de vakantie aanbreekt korter wordt, ben ik steeds meer bezig met verandering. Ik neem mij voor om in de vrije vakantieperiode een aantal drastische wijzigingen door te voeren, zoals een grootscheepse verbouwing of renovatie. En nu de vakantie daadwerkelijk is begonnen, zit ik er middenin. In mijn hoofd.

Terwijl de vliegtuigen zich in de Twin Towers boorden, schilderde ik het plafonnetje van ons droomhuis. De Ware en ik wonen er nu dus al vijftien jaar. We konden écht niet wachten om ons liefdesnest te betrekken en besloten om de opknapbeurt in eerste instantie te beperken tot een frisse sausbeurt. Om de rest van de renovatie stapsgewijs uit te voeren ná de verhuizing. Misschien kenden wij elkaar toen nog niet zó heel goed. Of onszelf. Misschien waren we vol van enthousiasme en wishful thinking. Maar terugkijkend bleek deze opvatting een denkfout.
Intussen weet ik van mezelf dat ik nog altijd enthousiast ben, maar met meer plannen dan tijd. Ik geef het toe: ik ben van het type dat vol vertrouwen ergens aan begint, maar de interesse al verliest als het karwei nog maar amper is gestart. Wat heb ik daarvan geleerd? Het is beter om iemand in te huren voor de uitvoer van al die – prachtige! – ideeën. Deze conclusie stuit evenwel direct op een tweetal problemen.

Ten eerste vormen verbouwen én vertrouwen een noodzakelijke combinatie. De uitverkoren klusser moet vooral betrouwbaar zijn: een lastig vast te stellen criterium. Op advies van mijn omgeving probeerde ik Spotnet, waar betrouwbare én betaalbare vaklieden voor mij in de rij zouden staan. De vakman van mijn keuze (uit twee) meldde zich af bij de eerste twee afspraken en liet de derde keer helemaal niets meer van zich horen.
Ander (recent) voorbeeld. Een bevriende collega (of collegiale vriend) dook in eigen kennissenkring 'een mannetje’ op. Mannetje zou samen met Collega een houten vloer leggen in net aangekocht appartement. Collega kocht hiertoe extra lang hout, omdat de vloerdelen in de lengte gelegd dienden te worden. Afspraak was om aan de klus te beginnen op woensdagmiddag, 12 uur. ‘Nee, niet eerder, want dan moet ik werken’, hoorde ik Collega aan de telefoon zeggen. Mannetje zei dat hij een ochtendmens was en derhalve liever vroeg wilde beginnen. Hij had toch een sleutel. En hij kon wel een maat meenemen. Collega reageerde beslist en nadrukkelijk: ‘Nee! Twaalf uur! Jij en ik, laat die maat maar thuis!’ Toen Collega die woensdagmiddag aankwam bij zijn appartement zag hij de auto van Mannetje voor de deur staan. Al sinds 8 uur die ochtend, bewees het parkeerbonnetje achter de voorruit. Van boven klonk gehamer en gezaag. Zeker: mannetje én z’n maat hadden de hele vloer al bijna gelegd. De lange vloerdelen waren in korte stukken gezaagd en in de breedte gelegd. Collega, geroemd om zijn geduld, zette het tweetal onverwijld buiten en verwijderde eigenhandig de vloer. Mannetje belde twee dagen later om te vragen wanneer hij nu zijn daggeld betaald zou krijgen.

Betrouwbaarheid vormt dus een behoorlijke barrière bij de uitvoering van een verbouwklus. Maar als dat is opgelost, doet zich - in ons huishouden - een tweede, nog groter, probleem voor. De Ware, uiterst betrouwbare en veelal thuiswerkende zzp’er, heeft een absolute weerzin tegen bouwactiviteiten in de directe werkomgeving, van haast fobische afmetingen.  Iets met concentratie of zo.
Door deze combinatie van factoren bevinden wij ons nu dus al vele jaren in een patstelling. De vakanties blijven wel heerlijk rustig. Behalve in mijn hoofd.