Met het vorderen der jaren, verschuiven ook de aandachtsgebieden. En nu de bladeren weer beginnen te vallen, denk ik dikwijls aan doodgaan. Anders dan vroeger gaan die gedachten niet meer naar een groots en meeslepend afscheid, waarbij honderden mensen mij massaal en diepbedroefd de laatste eer bewijzen in een schier oneindige erehaag, onder begeleiding van een tranentrekkende playlist. Nu overweeg ik vooral de weg naar dat onvermijdelijke einde.
Ik zie het om me heen: de vraag is niet of het verval zal inzetten, maar hoe en wanneer. Welke invloed kan ik daar dan zelf nog op uitoefenen? En hoe kan ik mij ervan verzekeren dat die ideeën ook werkelijkheid worden? Natuurlijk prijs ik mij gelukkig met De Ware, die er alles aan zal doen om mijn laatste levensdagen liefdevol en zoveel mogelijk naar wens te begeleiden. Maar wat als die eerder de pijp aan Maarten geeft? Wij vonden een oplossing in het opstellen van een zogeheten levenstestament en begaven ons naar de notaris.
We hadden natuurlijk geen afspraak met de notaris zélf, die zet vooral handtekeningen tegen een duizelingwekkend tarief. Nee, we hadden een gesprek met een notaris in opleiding, wat in de kantoorhiërarchie nog lager is dan een kandidaat-notaris.
Stipt op tijd belden we aan bij het kantoorpand, dat wat
minder grandeur had dan verwacht. We werden in een wachtkamer gezet (een
kapstok was nergens te bekennen) en kregen een kopje thee. Er waren nog twee
stoelen en toen er drie luidruchtige heren binnenkwamen vroeg ik me af hoe dat nu
moest. Maar de heren kwamen alleen even de notaris de hand schudden vanwege een
succesvolle deal. Dat gebeurde in een nabijgelegen en uiterst gehorige ruimte
en ging gepaard van veel uitbundig geschater. Zoveel vrolijkheid: dit moest echt
wel een goed kantoor zijn.
De mannen vertrokken na tien minuten weer, wijzelf mochten
na ruim twintig minuten wachten binnenkomen bij de notaris in opleiding, een morsige,
mompelende en oogcontactvermijdende veertiger. Al snel bleek dat de wederzijdse
verwachtingen niet overeenkwamen. Onze gastheer meende snel een conceptdocument
uit een la te kunnen trekken en daarop vervolgens wat namen en geboortedata in te
vullen et voilá: klaar is de notaris!
De benodigde namen en data schreef de aankomende notaris
op een slordige kladblok. Toen we voorzichtig begonnen over onze specifieke
wensen schreeuwde zijn hele lichaamstaal het uit van weerstand, onwil en
paniek. Nee, zo ging dat niet hier op kantoor. Feitelijk was er een format dat
leidend was en alleen maar hoefde te worden ingevuld. Tegen andere werkwijzen
zou de kandidaat-notaris (!) zeker bezwaar maken. De Ware en ik hoefden naar
elkaar niet uit te spreken dat we geen goed gevoel hadden bij dit gesprek. We
beloofden erover na te denken en dat we nog wat zouden laten weten. Onze
gesprekspartner wilde ons zijn visitekaartje meegeven, maar moest dat eerst
even halen. Het lag op zolder, twee verdiepingen hoger.
Na een afstandelijke handdruk stapten we, ondanks het onbevredigende karakter van ons bezoek, we opgelucht naar buiten.
Onze lege theekopjes stonden nog altijd in de wachtkamer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten