zondag 7 oktober 2018

Stress (2)

Het is niet mijn gewoonte mijn avonturen hier als een feuilleton te presenteren. Maar soms kan een vervolg niet uitblijven (kijk hier voor het voorafgaande). Het is maar een dunne lijn tussen stress en pijn.

De telefoon ging. Nog maar amper had ik opgenomen of Collega schreeuwde in mijn oor: ‘Ik heb het gedaan!’ Ik had even tijd nodig om deze informatie te verwerken, maar Collega sneltreinde alweer door. Hij had erg veel pijn gehad, de laatste dagen. Hij vermoedde een hernia die hem al nachten uit de slaap hield. Het Indiaanse kruidenmengel had nagenoeg geen effect. In opperste wanhoop had hij zijn toevlucht genomen tot de wietolie, die nogal tijd in de koelkast stond. Zeker, hij was erg voorzichtig met doseringen. En ja, hij voelde zich direct al meer ontspannen en had veel minder pijn.
Omdat er die middag op het werk een feestelijk, maar tikje plechtig evenement plaatsvond, reed ik op weg erheen langs Collega zodat we er gezamenlijk heen konden fietsen.

‘Kom even binnen’, zei Collega. ‘Je moet ook eens zo’n druppeltje proeven.’ Ik twijfelde wel even, maar een druppeltje leek me weinig kwaad kunnen. Evengoed smaakte dat ene druppeltje alsof ik een hele joint had opgerookt. Collega was toe aan de vierde dosis van die dag. Vijf minuten later voelde ik me behoorlijk licht in het hoofd. Dat duurde gelukkig maar even en toen we op de werkhappening aankwamen merkte ik er niets meer van. Tot Collega en ik elkaar aankeken, terwijl een gepassioneerde spreker een emotioneel afscheidsverhaal hield. Toen moesten we allebei opeens om onduidelijke motieven onbedaarlijk lachen. We voelden dat het enorm gênant was, maar we konden niet stoppen. Collega verliet schielijk de ruimte en bleef de rest van de middag buiten mijn gezichtsveld. Wel hoorde ik hem soms nog vrij luidruchtig in gesprek met andere aanwezigen.

De wietolie zorgde dan wel voor verlichting, maar de hernia hield aan. Collega bezocht met zijn hernia daarom een osteopaat. Hij moest zich volledig uitkleden en werd door de deskundige overal bevoeld, behalve op zijn rug, zich intussen afvragend of deze routine wel normaal was. Het was geen hernia, aldus de osteopaat. Het was vooral een kwestie van balans. Collega moest thuis oefeningen doen. In de besloten van ons kantoor deed hij ze even voor. Hij zakte door de knieën, trok de schouders naar achter en duwde zijn kin naar voren – de armen gestrekt. Als een struisvogel maakte hij zo een aantal flinke passen. Het deed me sterk denken aan Monty Python’s Ministry of Silly Walks en ik moest er smakelijk om lachen.
Collega werd daar onzeker van.
Hij ging toch maar eens googelen wat een osteopaat nou
eigenlijk precies deed.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten