donderdag 1 maart 2012

Schaamteloos

Als rechtgeaard liefhebber volg ik de ontwikkelingen die leiden naar het jaarlijkse Eurovisie Songfestival natuurlijk op de voet. Dit doe ik al sinds ik mij heugen kan, toen ik nog maar amper uit de baarmoeder, maar zeker nog in de kast zat. Ik durf mijzelf dan ook zonder gene een kenner te noemen. Er valt in deze dagen dus veel te genieten voor mij, hoor ik u denken…

Inderdaad is het Europese voorjaar altijd zwanger van het zelfbenoemde aanstormend talent, dat met een performance van minder dan drie minuten denkt geschiedenis te kunnen schrijven. Met de hedendaagse moderne technieken is het bovendien mogelijk om een kwartaal lang bijna elk weekend live naar een of meer nationale voorrondes te kijken. Als rechtgeaard liefhebber breng ik daarom in de aanloop naar de zinderende finale inderdaad vele uurtjes voor het scherm van pc of iPad door.
In tegenstelling tot ongeveer alle andere deelnemende Europese landen scoort Nederland al jaren slecht. In tegenstelling tot ongeveer alle andere deelnemende Europese landen doet Nederland al jaren weinig serieuze pogingen om die kansen te verhogen. Als rechtgeaard liefhebber én schaamteloze kenner meen ik die vergelijking goed te kunnen maken. Andere landen investeren veel tijd, geld, moeite, ervaring en talent in de wedstrijd. Voorrondes kunnen soms maandenlang duren en onder de deelnemers van die shows bevinden zich zowel inheemse coryfeeën als nieuw en eigen talent. Dat levert vaak een spektakel op dat de moeite van het aanschouwen waard is en ook een afvaardiging die met opgeheven hoofd kan concurreren met de Europese tegenstanders.

Een mooi voorbeeld is Melodifestivalen, de Zweedse nationale voorronde, die al vele jaren volgens hetzelfde format verloopt en streaming en live te bekijken valt. Elk jaar strijden gedurende zes weekends in totaal 32 deelnemers met elkaar in steeds weer een ander uitverkocht Zweeds stadion. In het voorjaar staat de Zweedse hitparade vol met al deze nummers. En op een enkel jaar na halen de Zweden al sinds mensenheugenis de finale en vervolgens de top 10.

De Nederlandse aanpak leek dit jaar ook veelbelovend. John De Mol zelf werd er bijgehaald. Die kende ook weer een paar mensen. De bekwame Tatjana en de gruwelijke Daniël Dekker werden van hun juryplicht ontslagen. Het moest een spetterende show worden. Maar het bleef natuurlijk toch ook het een Tros-programma. De presentatie door Jan Smit was maar een fractie spontaner dan die van zijn ex. De uitverkoren tekstdichters en componisten waren van de C- tot Z-categorie.

Het John-de-Mol-stempel betrof de hippe ‘battle’-formule, die een onderlinge strijd suggereert tussen vergelijkbare kanshebbers. Maar in de eerste ronde kwamen direct de twee meest uiteenlopende én beste liedjes uit tegen elkaar. Daarvan was er dus bij voorbaat een tot verliezen gedoemd. Exit Raffaella. Het werd toch nog even spannend….
Maar gelukkig! Originaliteit overwon. ‘You and me’ van Joan Franka is geen liedje om je voor te schamen en zal met of zonder indianentooi opvallen in het Europese deelnemersveld. Aldus deze rechtgeaarde liefhebber én ongegeneerde festivalkenner. Lees dit stukje op 27 mei nog maar eens door.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten