woensdag 29 mei 2024

Jezus Christus!

Hondje ontdekt: een avondje uit is niet altijd even ontspannen of zonder risico..

Allebei zijn we muziekliefhebbers, De Ware en ik. Aanvankelijk lagen onze voorkeuren nog wel wat uit elkaar, maar in de loop der jaren zijn we (ook) op dat gebied naar elkaar toegegroeid. De Ware vergezelt mij met zonder voorbehoud naar songfestival of musical. Dat is echte liefde.

Veel recensenten beloonden deze vaderlandse interpretatie met de volle vijf sterren en dat bracht ons ertoe om de portemonnee te trekken en een bezoek te brengen aan de musical Jesus Christ Superstar. (Nou ja, ik gaf dit aan De Ware als verjaardagsgeschenk). De voorstelling was uitverkocht. We zaten niet in de (superdure) superseats die op het podium stonden en waarin de toeschouwers met de apostelen mochten meedelen in brood en wijn, maar we hadden fraaie plaatsen in de zaal aan het einde van een rij in het midden, zodat we indien nodig ongemerkt even een toilet konden bezoeken. Toenemend toiletbezoek is een euvel dat hoort bij onze levensfase, maar was bij deze voorstelling niet aan de orde.

Al voordat we de zaal betraden passeerden we verschillende waarschuwingsborden. Die waarschuwingen hadden betrekking op het gebruik van heftige lichtflitsen en bloed tijdens de voorstelling. Nu ben ik zelf licht gevoelig voor lichtflitsen (word er duizelig van) en kan ik ook niet tegen het zien van bloed en verwondingen (word er misselijk van), maar in beide gevallen heb ik ook een goed werkende remedie: gewoon de ogen sluiten. Het leek mij dus voldoende veilig om plaats te nemen.

De voorstelling was in meerdere opzichten indrukwekkend en de waarschuwingen bleken niet overdreven. Vooral in de eindfase van de voorstelling ging het er heftig aan toe. Jezus kreeg 39 zweepslagen die werden toegediend door de volledige cast en gepaard gingen met veel stroboscopisch geweld en met zoveel bloed dat de kleding van echt elke acteur er volledig mee doordrenkt raakte. Op dat moment barstte een vrouwelijk toeschouwer, precies drie rijen voor ons, in snikken uit. Of nee, niet zomaar in snikken, maar in lange, bijna hysterische uithalen. Verschillende mensen probeerden haar af te voeren, maar dat lukte niet direct. Vanuit andere hoeken van de zaal schoten mensen te hulp. Sommigen moesten voor ons langs (en daarna weer terug). Allemaal verplegend personeel, vermoed ik. Er was veel onrust in de zaal, maar de voorstelling ging onverminderd door. Na enkele minuten van afwezigheid kwam de dame in kwestie weer terug met een glas water. De rust in de zaal leek weergekeerd, maar op het podium ging er nog altijd heftig aan toe.

Nog geen drie minuten later - Jezus was intussen bezweken – kreeg dezelfde vrouw een epileptische aanval. Het hele ritueel herhaalde zich. Van alle kanten kwamen mensen aangesneld, dame werd de zaal uit gewerkt, mensen moesten weer terug naar (veelal het midden van de) zaal, voorstelling ging door. Omdat we aan de zijkant zaten, hoorden we het theaterpersoneel intensief met elkaar overleggen. Nog voor het einde van de voorstelling keerde de vrouw opnieuw terug om deel te nemen aan het slotapplaus.

Ik vroeg me af of zij de waarschuwingen had gelezen en misschien ook had gedacht: ‘Ik doe gewoon mijn ogen dicht’. Het idee dat dit kennelijk niet geholpen had, gaf mij toch een onbehaaglijk gevoel.

 

maandag 6 mei 2024

Dagje ouder (Europapa)

Het is weer die tijd van het jaar. De lente zet (eindelijk) door, de zon laat zich weer en zien er hangt muziek in de lucht. En heel veel saamhorigheid.

We zijn in Malmö, Zweden, De Ware en ik. We houden allebei natuurlijk heel erg van dit land en we proberen er elk jaar wel naar af te reizen. Maar nu valt alles samen. We bezoeken het Eurovisie Songfestival, dat hier plaatsvindt. Het is het vierde songfestival in Zweden dat we bezoeken. Ons allereerste festival was 24 jaar geleden. In Stockholm. En misschien is dit wel het laatste. Want we worden immers ook een dagje ouder.

Het songfestival is een feest van verbroedering, roep ik vaak. De sfeer is er een van vrolijkheid en harmonie en – in tegenstelling tot voetbalsupporters – gunnen festivalfans elkaar allemaal het beste. Die uitgelaten feestelijkheid staat in schril contrast met de enorme hoeveelheid politie en beveiligers. Voor dit publiek zijn die volkomen overbodig, dat is door de jaren heen afdoende bewezen. Van enige dissonant was er nooit sprake. Maar ja, tijden veranderen. Het lieve volkje moet worden beschermd tegen spelbrekers, aandachtvragers en erger. Dat dit wellicht voorkomen had kunnen worden door een ander beleid van de overkoepelende organisatie EBU is een ingewikkelde politieke discussie.

Toch laten liefhebbers zich hierdoor niet weerhouden en blijft de sfeer opperbest. Tijdens de fanfeestjes gedurende de week maken we weer nieuwe vrienden en ontmoeten we oude bekenden. Dat we voor een flesje bier (25cl) zo’n 9 euro moeten neertellen maakt dan niet meer uit.

Op zo’n avond met een hoog reünie-gehalte proberen de fanatiekelingen (mezelf meegerekend) steeds als eerste te roepen welk nummer de dj van dienst draait, welke land het inzond en in welk jaar. Zelf ben ik in dit spelletje niet de beste, maar ook niet de slechtste. Toen ik aan het begin van deze week een nummer herkende uit 1977, deed iemand in het gezelschap daar wat schamper over: ‘Ja, dat zul jij niet weten, op jouw leeftijd!’ Een ander vroeg mij vervolgens hoe oud ik dan eigenlijk was: ‘Want hij zegt dat jij wel tegen de zestig bent, haha’. In die woorden klonken door dat dit geen geloofwaardige gok was en juist dat vervulde mij met trots en zelfvertrouwen. Ik maakte mezelf maar eens groot (licht op de tenen, borst vooruit) en antwoordde geheel naar waarheid: ‘Ik ben eenenzestig.’ Een echte EurOPApa.

De verbazing bij de toehoorders was groot en de bewondering zo mogelijk nog groter. Het heeft lang geduurd voordat ik het ouder worden kon accepteren, laat staan omhelzen - en nog steeds kost dat soms moeite. Maar dit was een moment waarop ik daarin daadwerkelijk slaagde.

Ja, er was ook ongeloof. Was mijn haarkleur dan wel naturel? Zeker wel! En er was geruststelling. Dus dit, hier, wat wij nu met elkaar deden, daarmee konden zij ook nog een behoorlijk tijd mee voort. ‘Ik dacht dat ik dan wel achter de geraniums zou zitten. Maar dat hóeft dus helemaal niet!’ Die gedachte verhoogde zichtbaar de feestvreugde en ik voelde me persoonlijk verantwoordelijk voor de Euphoria die van deze avond bezit had genomen. Hoe heerlijk is het toch om anderen gelukkig te maken.

De volgende avond was het feest niet minder uitgelaten. Vermoed ik. Ik was daar zelf niet bij. Een dagje ouder betekent ook een dagje langer herstel. Of twee. Of drie.