vrijdag 10 december 2010

Staking

Mijn moeder is overleden. De postbodes van TNT staken. Twee gebeurtenissen die op ’t oog weinig of niets met elkaar hebben uit te staan, maar allebei een sombere ondertoon hebben. Gecombineerd blijken te ze kunnen leiden tot een nachtmerrie in het kwadraat.

Mijn moeder overleed op een van de eerste winterse dagen van dit jaar. Niet onverwacht, maar wel plotseling. We hoopten eigenlijk op nog een paar weken. Misschien gaf het grauwe uitzicht op de sneeuwzwangere lucht of de aanhoudende vrieskou haar het laatste zetje.

Mijn moeder overleed op de eerste van twee opeenvolgende stakingsdagen van TNT-post. Op de tweede actiedag schreven mijn familie en ik de enveloppen voor de rouwbrieven. Die moesten we diezelfde vrijdagavond voor half negen persoonlijk afleveren bij het verdeelcentrum in Den Bosch, in een zogeheten rouwpostpakket. Rouwpost zou zeker niet lijden onder de staking. Zelf kreeg ik tijdens de actiedagen trouwens gewoon post.

Ik bracht de post ’s avonds om kwart voor zeven. Die zou zaterdag overal bezorgd worden. In de loop van de zaterdag bleek al snel dat dit niet het geval was. Bij veel mensen zat de kaart niet bij de post. De uitvaartondernemer wierp zich op als bemiddelaar en nam contact op met TNT. Hij had een barcode nodig, die op het rouwpostpakket zat. Daarvan had ik gelukkig een kopie.

Op maandag werden er weer nog wat rouwbrieven bezorgd. Maar nog niet allemaal. De uitvaart was woensdagochtend. We hadden geen idee of alle geadresseerden daarvan tijdig op de hoogte waren.

Op dinsdagochtend werd ik gebeld door een TNT-medewerkster. Zij wilde voor mij uitzoeken wat er mis was gegaan. Kon ik even de postcodes en huisnummers geven van de mensen die geen kaart hadden gehad? Ja, dat kon ik wel. Maar dat was redelijk zinloos. Van die mensen wíst ik immers dat ze geen kaart hadden gehad. Maar voor wie gold dat nog meer? De TNT-juf wilde toch graag nagaan waaraan het had gelegen, dus ik gaf haar de gegevens. Na een uur belde zij terug. Door de hevige sneeuwval heerste er overal paniek en vertraging en geen enkele TNT-collega wilde meewerken aan haar onderzoekje.

Zij sprak de onsterfelijke woorden: ‘En wat denkt u dat ik nu nog voor u zou kunnen doen?’ Ik vatte dit op als een retorische vraag, maar uit de daaropvolgende stilte leidde ik af dat zij daadwerkelijk een antwoord van mij verwachte. Ik stamelde dat ik dat ook niet wist en er ook niet over na wilde denken. ‘Dat snap ik’, besloot zij. ‘En ik hoop dat u begrijpt dat wij erg ons best voor u hebben gedaan.’
We wisten zelf nog bijna iedereen te bereiken. Het was een warm en waardig afscheid. Deze week staakt TNT drie dagen. Sterf dan niet.

Deze column werd eerder gepubliceerd voor studenten en medewerkers van Fontys Hogescholen op 7 december 2010.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten