Leven in onzekerheid kan een zware wissel trekken op het
individuele bestaan. Ben ik normaal? Heb ik de juiste beslissing genomen? Doe
ik mijn werk goed? Word ik wel aardig gevonden? Ik kan u zeggen: deze twijfels verdwijnen
nimmer, maar ikzelf heb geleerd om ermee te leven. Toch is het fijn als je niet
de enige blijkt, als er een rolmodel opstaat dat je in je opvattingen bevestigt.

Afgelopen zaterdagavond lagen De Ware en ik languit voor
de tv, ieder op onze eigen bank. Op de salontafel een glaasje en een kaasje.
Het toppunt van ontspanning. Lekker thuis. We genoten ervan met volle teugen.
Dat kwam ook omdat we ons allebei de laatste keer niet konden heugen dat we dit
(niets) op zaterdagavond deden. Nagenoeg elke zaterdagavond wordt namelijk
beheerst door ons sociale leven: etentjes en feestjes, kunst en cultuur, dans
en gezang, omringd door vrienden en gezelligheid. Nog maar een paar jaar
geleden vulden we onze vrijdagavond op dezelfde wijze, maar die combinatie bleek
niet langer houdbaar. Mede daarom is juist de zaterdagavondagenda al voor maanden
gevuld. Op zondag maken we al heel lang geen enkele afspraak meer. We hebben de
Dag des Heren nodig voor Rust en Herstel.
De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat wij in het
weekend nog net zo leven als toen we flexibele dertigers waren (ik misschien
nog wat meer dan De Ware). Maar ja, dat zijn we natuurlijk niet meer. De rek is
eruit, dat is op de zondag zonneklaar. Maar de daaropvolgende zaterdag zijn we
dat alweer vergeten. We weten van geen ophouden. Want na het etentje gaan we
graag nog even naar de kroeg, en na de kroeg gerust nog even dansen en steevast
rollen wij pas ’s nachts na vieren de huwelijkse sponde weer in en bekwamen ons
dan dikwijls ook nog in de uitoefening van de huwelijkse plicht. En heus:
gedurende zo’n avond komt bij ons beiden zeker meer dan eens de gedachte op: ‘Ik
wou dat ik naar huis toe wou’. Maar helaas, nimmer gelijktijdig. De gedachte
verliest het dan ook altijd.
Op zondag vragen wij onszelf dan vaak hardop af (ik
misschien wat minder dan De Ware) of dit zo wel door kan gaan, op onze
leeftijd. En of dat überhaupt wel vol te houden is.

Maar afgelopen weekend las ik een interview met Cornald
Maas, die de beroepen journalist en jurylid vakkundig weet te combineren. Maas
en ik zijn van hetzelfde bouwjaar, net zoals Paul de Leeuw en regisseur Michiel
van Erp, die allen vrienden zijn. Ik kom ze heel af en toe weleens tegen op
hetzelfde Amsterdamse feestje. Uit het interview blijkt dit clubje heel vaak in
de kroeg te zitten. Het is de angst dat het leven saai dreigt te worden,
verklaart Cornald in het interview. En: ‘Wij willen pertinent niet het leven
leiden dat past bij deze leeftijd.’ En: ‘Ik hoef niet per se als een student te
leven, maar ik wil wél het gevoel hebben dat dat zou kunnen.’
Wat heerlijk als iemand beter dan jijzelf jouw drijfveren
weet te verklaren. Wat fijn als er een rolmodel opstaat dat je in je
opvattingen bevestigt.
Nee, ik hóef niet elke zaterdagavond tot diep in de
nacht te feesten.
Ik wil alleen maar het gevoel hebben dat het nog steeds
kan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten