dinsdag 16 januari 2018

Vuurwerk

Een nieuw jaar, een nieuw geluid. Of zoiets. In elk geval ben ik gek op alles wat nieuw is. Daarom kijk ik erg uit naar de komende weken, waarin vernieuwing een centraal thema vormt. De overgang van oud naar nieuw gaat doorgaans gepaard met behoorlijk wat vuurwerk. Dat wel.

Ja, we zijn het jaar goed begonnen, De Ware en ik. Na vele jaren van het uitwisselen van vaak uiteenlopende smaken en voortdurend opgeschort overleg maken we nu eindelijk een begin met de renovatie van de ziel van ons bestaan: onze woonkamer. Sinds de aankoop van onze woning, aan het begin van deze eeuw, hebben we onze living voorzien van een kleurig verfje en smaakvolle gordijnen, maar verder is deze verworden tot een verzamelplaats van allerhande elektronica en objecten met een hoge gevoelswaarde dan wel lollige prullaria. Wie niet beter weet moet wel vermoeden dat hier een paar fanatieke horders huizen. Maar: dit alles gaat nu veranderen. Binnen een week of zes nemen we plaats in een strak en stijlvol designdecor.

Tot het zover is, hebben we al onze huiselijkheid verplaatst naar een knus zolderkamertje. Het studentikoze en gezellig-kneuterige karakter van onze nieuwe living vormt een aangename vluchtheuvel voor de chaos van de begane grond. Het inrichten van dit tijdelijke verblijf had nog wel wat voeten in aarde. Verschillende meubelstukken van weinig praktische omvang en soms behoorlijk wat gewicht moesten twee trappen hoog worden vervoerd. De ultieme test voor de rek in de relatie. Vuurwerk gegarandeerd. Aan het eind van de dag konden De Ware en ik er wel om lachen, in onze intieme tweezitter op zolder.

En er was meer. Hoewel dat niet meer van deze tijd is, wilden we in onze tijdelijke accommodatie ook graag tv-kijken. Hiertoe moest een kabel worden doorgetrokken vanuit de naastgelegen logeerkamer. Omdat mijn zelfbeeld er een is van een stoere, mannelijke, praktische en handige klusser besloot ik onverwijld dit karwei zelf uit te voeren. Ik boorde vanuit de tijdelijke woonkamer een gaatje en trok er een kabel door. Aan de andere zijde kon ik deze koppelen met de aanwezige aansluiting. Het logeerbed, dat ik luttele maanden eerder ook al zelf in elkaar had gezet, blokkeerde deze aansluiting. Ik trok aan de achterzijde van de bedombouw om deze van de wand te schuiven en de blokkade op te heffen.
Met een harde ruk trok ik de gehele achterplaat van het logeerbed los. Het bed stortte onmiddellijk in. Door mijn eigen kracht schoot ik achterwaarts en klapte tegen de kamerdeur. Of meer bepaald: ik knalde met mijn achterhoofd door het glazen bovenlichtje in de kamerdeur. Verbijsterd en verdwaasd voelde ik een schervenregen met veel gerinkel neerdalen op mijn hoofd en schouders. Vuurwerk! Bizar uit hoeveel stukken zo’n klein ruitje uiteen kan spatten. Het was ongetwijfeld een komisch gezicht hoe ik daar stond, met een wezenloze blik, een houten plaat tussen mijn handen en het haar vol glas, maar toch moest ik van schrik even huilen.

Deze hele vuurwerkshow liep met een sisser af. Ik mankeerde niets. Aan het einde van dag kon ik er wel om lachen, in onze miniatuurwoonkamer.
Wel moet ik nu opnieuw een logeerbed in elkaar zetten.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten