We vieren vakantie, De Ware en ik. We maken een rondreis
door het Verenigd Koninkrijk - meer bepaald: Engeland en Wales. Het is een
roadtrip langs overweldigende vergezichten, kneuterige kerkdorpen en wereldse
steden, begeleid door een soundtrack van hedendaagse Britpop en zowel boze als
bezorgde Brexitberichtgeving op de autoradio. Mede daardoor voelt deze tocht
soms een beetje als de afscheidstournee van een voormalig idool dat lijkt
weggezonken in vergane glorie. Maar er is, gelukkig en vooral, ook veel moois
te zien.
Het links rijden valt ons allebei alleszins mee. Rechts
inhalen en linksom de ontelbare rotondes oprijden: al heel snel doen we dapper
mee. ‘Live like a local’, dat is deze weken sowieso ons motto. Vooral wanneer
we - als voetgangers - heel lang moeten wachten op een verkeerslicht bij een
oversteekplaats en andere wandelaars dit rode licht gewoon negeren. Dan sluiten
ook wij heel stoer en dapper aan bij deze Britse ongehoorzaamheid.
We hebben onze reis voor aanvang al uitgestippeld. We
weten daarom (bijna) elke ochtend waar we ’s avonds zullen slapen, een enkele
keer pas kort tevoren vastgelegd. Het vinden van onze logeeradressen is niet
altijd even gemakkelijk. De heuveltop van onze cottage in Wales blijkt voor
onze satellietnavigatie niet in kaart gebracht gebied. De amper verharde
weggetjes zijn te smal om te keren, dus we lijken eindeloze rondjes te rijden
tussen de adembenemende panorama’s. Ook het hotel in het hartje van Cardiff
laten we links liggen, waarna we licht panikerend de stadsfile proberen te
verlaten om rechtsomkeert te maken. En de landlady van ons verblijf in Brighton
geeft ons zomaar een onjuist adres door, waardoor we worden teruggeworpen op De
Hollandse Mond en onze Engelse taal-skills. Eind goed, al goed. Maar niet echt
ontspannen. Na een lange rit zorgt zo’n onvoorzien slot voor behoorlijk wat
stress en irritatie.
Het einde van de routebeschrijving is onduidelijk. We
kunnen kiezen uit drie opties, maar welke keuze we ook maken: geen van deze
leidt naar ons startpunt. Uiteindelijk belanden we op een smalle en bochtige autoweg
zonder berm en waar we ons steeds tegen de bergwand moeten drukken wanneer het
verkeer langs raast. En wat is nu ook alweer de veilige kant om te gaan lopen?
Het is droog wanneer we uiteindelijk onze auto bereiken. Wij
zijn koud en nat, maar ook opgelucht en toch ook wel trots. Want ach: het kan
altijd erger.
En een paar dagen later is dat ook het geval. Iets met
een treintje, een brug en een paard.
Maar daarover een volgende keer.
Of niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten